voor
Je zoekopdracht heeft helaas geen resultaten opgeleverd
Als docent en examinator is Krijn Barnhoorn een oude rot in het beveiligingsvak. Hij staat voor de klas in het reguliere onderwijs, maar is ook al jaren betrokken bij de opleiding MBO Beveiliger van de LOI. Eerst als corrector maar tegenwoordig ook als praktijkbegeleider.
“Het is een uitdaging om de studenten van de afstandsopleiding net zo goed op weg te helpen als de studenten die ik dagelijks in de klas heb zitten. In de klas simuleer ik bijvoorbeeld een brandje en vraag ik studenten dit op te lossen, dat kan niet op afstand. Dat betekent dat ik goed contact moet onderhouden met de begeleiders van het leerbedrijf waar de studenten hun BPV doen. Op die manier houd ik vinger aan de pols of studenten voldoende aan hun vakvaardigheden werken.
Tijdens de examens zie je dat dan ook terug. In het vak ‘Doelmatig optreden’ wordt een brand of een ongeval gesimuleerd en dan moet een student laten zien wat hij of zij heeft geleerd door juist te handelen en de correcte maatregelen te nemen. Een belangrijk onderdeel van het examen is het werkboek met verplichte opdrachten dat wordt bijgehouden tijdens de BPV.
Een opleiding tot beveiliger zit toch net even wat anders in elkaar dan een andere MBO-opleiding. Studenten, onderwijsinstellingen en leerbedrijven moeten voldoen aan wettelijke regels en eisen die zijn opgesteld door de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties (SVPB) en door justitie. Je kunt niet zomaar wat praktijkervaring opdoen door je op een buurtfeest als beveiliger op te werpen en een toegangscontrole te doen. Een leerbedrijf moet erkend en geregistreerd zijn en een student moet politie-toestemming hebben om aan de slag te gaan bij een leerbedrijf. Die toestemming is essentieel om de opleiding succesvol af te sluiten en aan de slag te kunnen als beveiliger.
Ik merk dat ik steeds meer contact krijg met de studenten. Waar ik vroeger alleen correctiewerk deed, heb ik nu telefoongesprekken, maak ik afspraken, check ik de voortgang van een student, ga ik op bezoek bij het leerbedrijf en spreek ik de studenten tijdens de klassikale dagen. Op die manier kan ik ook individuele oplossingen bieden als een student vastloopt. Bijvoorbeeld door ze in contact te brengen met medestudenten om opdrachten te bespreken. Ik vind het dan ook een goede zaak dat dit steeds meer wordt gestimuleerd bij de LOI.
Wat ik zo mooi vind aan het lesgeven is dat je mensen op weg helpt. Je geeft ze een richting en dan stuur je ze de wereld in met een diploma en een vak waarin ze een toekomst hebben. Dat is toch mooi. “