Werken als doktersassistent
Je maakt kennis met het werkveld van de gezondheidszorg in het algemeen en de huisartsenpraktijk in het bijzonder. Zo leer je bijvoorbeeld over de organisatie van de gezondheidszorg, CANMEDS rollen, 1e lijns- en 2e lijnszorg, de artsenpraktijk (ook meerdere werkvelden zoals het ziekenhuis), het medisch dossier, begeleiding van patiënten, preventie zorg, ethisch en discreet handelen, voorlichting, voorlichtingsmateriaal en communicatiemiddelen.
Anatomie, fysiologie, pathologie
Deze module gaat in op de anatomische en fysiologische kenmerken van het menselijk lichaam. Je krijgt inzicht in de werking van het menselijk lichaam en leert de belangrijkste begrippen uit de pathologie (ziekteleer) kennen. Onderwerpen die aan bod komen, zijn o.a. het skelet, spieren en gewrichten, bloed en immunologie, circulatie, ademhaling, spijsvertering, het zenuwstelsel, het hormoonstelsel, het urogenitaal stelsel, de huid en zintuigen en keel, neus, oren en ogen.
Medische kennis en behandelmethoden
In deze module leer je de belangrijkste symptomen van ziektes kennen. Ook wordt ingegaan op behandelmethodes en (de werking van) geneesmiddelen. Bovendien is er aandacht voor instrumentenleer, de behandelruimte, het gebruik van apparatuur en voor hygiënisch en veilig werken.
Wet- en regelgeving
Je leert de belangrijkste regelgeving kennen waar je als doktersassistent mee te maken hebt. Belangrijke kennis om te kunnen werken binnen de kaders van de wet en volgens de geldende richtlijnen en protocollen. Zo leer je over:
- Wet BIG
- Privacy-wetgeving
- ADEPD, Richtlijn Adequate dossiervorming met het Elektronisch Patiëntendossier (NHG)
- WIP Richtlijnen (RIVM Werkgroep infectiepreventie)
- Meldcode huiselijk geweld
- Hygiëne, veiligheid en milieu
- Arbo
- Verzekeringen
Communicatie en sociale vaardigheden
Deze module brengt je de communicatietechnieken en –methoden bij die je nodig hebt in het werk als doktersassistent. Zo leer je bijvoorbeeld basis communicatievaardigheden (o.a. actief luisteren en LSD), sociale vaardigheden en verbale- en non-verbalecommunicatie. Verder leer je meer over gesprekstechnieken, de WHAM-methodiek, beroepsgeheim, feedback, diverse patiëntgroepen en conflicthantering.
Triage
Je leert in deze module wat triage is en welke triagesystemen er zijn. Daarnaast oefen je met het toepassen van triage om de zorgvraag vast te kunnen stellen en de vervolgstap te kunnen bepalen. Triage in de huisartsenpraktijk, de spoedeisende hulp of huisartsenpost is het bepalen van de urgentie van de zorgvraag en daardoor inschatten of en wanneer een patiënt gezien moet worden door een arts. De artsen denken in diagnoses, de triagisten denken in urgenties. Dit is een essentieel verschil.
Triage gaat ook over spoed, eenduidig en veilig werken (voor de hele spoedketen). Als er sprake is van een spoedeisende vraag, is het essentieel om de triage goed uit te voeren. In deze module leer je methodes die je kunnen helpen om de juiste inschatting te maken. Verder krijg je handvatten hoe de triagewijzer te gebruiken, ABCDE-denken, het denken in toestandsbeelden en de urgentieclassificaties.
Computervaardigheden in de zorg
In deze module laat je zien dat je kunt omgaan met de computer en veelgebruikte programma’s, zoals Word, Excel en PowerPoint. Dit doe je door het maken van een opdracht, waarop je feedback krijgt van je docent.
Medisch-technische handelingen
Je doet de kennis op die je nodig hebt om diverse medisch-technische handelingen uit te voeren, waaronder voorbehouden handelingen. Zo leer je bijvoorbeeld allergietesten uitvoeren, assisteren bij medische verrichtingen, eerste hulp verlenen, functiemetingen verrichten, wonden lijmen, hechtingen en tampons verwijderen, medicatie checken en registreren, medicijnen toedienen, monsters verzamelen, oren uitspuiten, verbanden aanleggen, een vingerprik uitvoeren, vragenlijsten afnemen, wonden verzorgen, wratten aanstippen en zwachteltechnieken toepassen. Ook voorbehouden handelingen als het aanleggen van hechtingen en injecties geven komen aan bod.
EHBO
Je leert eerste hulp verlenen bij kleine ongevallen en veelvoorkomende ziekten.
Praktijkvoering
Deze module gaat in op de organisatorische aspecten van het werk als doktersassistent. Zo leer je bijvoorbeeld over logistiek, voorraadbeheer, (financiële) administratie en planning van werkzaamheden.
Aan het eind van de module weet je hoe de praktijkvoering uitgevoerd kan worden. De volgende onderwerpen aan de orde:
- Logistiek (bestellen materialen, voorraden en voorraadbeheer, registraties, bewaartermijnen en condities)
- Onderhouden apparatuur en materialen
- Leveranciers
- Planning (patiëntplanning, middelenplanning, planning spreekuren)
- Administratie (administratieve gegevensverwerking, financiële administratie, informatie t.b.v. zorgverzekeraars)
Deskundigheid en kwaliteitszorg
In deze module leer je hoe je jouw eigen deskundigheid kan versterken en wat de kenmerken zijn van kwaliteitszorg. Ook leer je hoe je een bijdrage kunt leveren aan de kwaliteit van de organisatie. Verder leer je hoe je goed kunt functioneren in een (multi)disciplinair team en met andere mensen effectief kunt samenwerken. Aan het eind van de module heb je de kennis om een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van de organisatie en kun je jouw eigen deskundigheid onderhouden en verbeteren.
In de module komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Het werkveld (eerstelijns gezondheidszorg en tweedelijns gezondheidszorg)
- Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden in een organisatie
- Kwaliteit en kwaliteitszorgsystemen (werken volgens protocollen, knelpunten herkennen, verbetervoorstellen formuleren)
- Eigen deskundigheid (POP, vakliteratuur, kwaliteitsregister doktersassistenten, effectief samenwerken met collega’s en in een multidisciplinair team, nieuwe collega’s, stagiaires)