Alle verplichte onderdelen voor het staatsexamen worden behandeld. Naast algemene vaardigheden, wiskundige vaardigheden en logisch redeneren komen de volgende onderwerpen aan bod:

Algebra en tellen

• algebra
• telproblemen

Verbanden

• standaardfuncties
• functies, grafieken, vergelijkingen en ongelijkheden

Verandering

• rijen
• helling
• afgeleide

Statistiek en kansrekening

• probleemstelling en onderzoeksontwerp
• visualisatie van data
• kwantificering
• kansbegrip
• kansverdelingen
• verklarende statistiek
• statistiek met ict

Twijfel je of je startniveau voldoende is om het VWO-vak te kunnen volgen? Dan kun je, als je dat wilt, ter ondersteuning een extra vak volgen. Wil je een of meer ondersteunende vakken volgen? Dan kun je deze aanvinken op het inschrijfformulier.

De LOI biedt de volgende ondersteunende vakken aan:

Rekenen

Dit vak kan gevolgd worden als ondersteuning bij alle vakken waarbij je moet kunnen rekenen, zoals economie en de bètavakken. Na afronding kun je o.a.:

• basisbewerkingen uitvoeren (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen, getallen afronden).
• schattingen maken.
• werken met percentages en verhoudingen.
• rekenen met gangbare maten voor bijvoorbeeld lengte, inhoud en snelheid.
• rekenen met samengestelde eenheden (zoals km/u).
• schalen van meetinstrumenten aflezen. 
• gegevens overzichtelijk in een tabel weergeven.
• kan waarden in formules invullen.
• de waarde van onbekende variabelen berekenen.

Basisvaardigheden wiskunde

Dit vak kan gevolgd worden als ondersteuning bij het vak wiskunde

• Na afronding van dit vak kun je onder andere moeiteloos:
• bewerkingen (met en zonder haakjes) uitvoeren (vermenigvuldigen, delen, worteltrekken, machtsverheffen), optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen, getallen afronden).
• schattingen maken.
• werken met percentages en verhoudingen.
• rekenen met samengestelde eenheden (zoals km/u).
• diverse soorten diagrammen en grafieken lezen en interpreteren.
• werken met formules en vuistregels.

Basisvaardigheden economie

Dit vak kan gevolgd worden als ondersteuning bij het vak (bedrijfs)economie. Je doet in dit vak basiskennis op het gebied van economie op. Zo leer je onder andere over consumptie, arbeid, productie en bedrijfsleven. Ook de rol van overheid en bestuur komt aan bod. Bovendien is er aandacht voor internationale ontwikkelingen.

Het benodigde lesmateriaal in inbegrepen bij het lesgeld. Dit is helder geschreven en sluit naadloos aan op de meest recente exameneisen. Het lesmateriaal is zo opgezet dat je je heel efficiënt en gericht voorbereidt op het examen. Geen onnodige extra stof, maar precies die kennis opdoen die je nodig hebt om te slagen! Bovendien bevat ieder vak een onderdeel Examenvoorbereiding.

Het kan voorkomen dat een wijziging in de exameneisen gevolgen heeft voor het lesmateriaal. Wanneer dit bij jouw opleiding het geval is, dan hoor je dat uiterlijk in oktober. Je ontvangt dan de nieuwste versie van het lesmateriaal.

Het is mogelijk dat je al over enige voorkennis van het vak beschikt. Bijvoorbeeld vanuit een eerdere opleiding of vanuit je (werk)ervaring. Daar houden we zoveel mogelijk rekening mee. In het lesmateriaal vind je regelmatig opdrachten waarmee je deze voorkennis kunt toetsen. Als blijkt dat je bepaalde leerstof al goed beheerst, kun je dat gedeelte overslaan. En dat scheelt je veel tijd! Merk je dat je bepaalde onderdelen extra moet oefenen, dan kun je de uitgebreide leerstof bestuderen. Ook heel handig tijdens je voorbereiding voor het examen!

De opleidingen zijn opgebouwd volgens de eindtermen van de syllabus en vakinformatie, het is dus eenvoudig te zien wat je al beheerst en wat niet.

Het examen is verdeeld in een centraal examen (schriftelijk) en een college-examen (mondeling). Het eindcijfer wordt bepaald door een per vak wisselende weging van het behaalde cijfer voor het centraal examen en het behaalde cijfer voor het college-examen.

Centraal examen

Bij het centraal examen beantwoord je vragen over de onderstaande domeinen:

• Domein A: Vaardigheden.
• Domein B: Algebra en tellen.
• Domein C: Verbanden.
• Domein D Verandering.

College-examen

Het college-examen is mondeling en bestaat uit drie onderdelen:

• Vragen over een aantal thema's die in de leerstof worden bestudeerd.
• Vragen over een casus (een tekst met een wiskundig vraagstuk). Vooraf aan het mondeling examen krijg je 20 minuten de tijd om de casus te bestuderen. De casus bestaat uit een tekst en afbeeldingen, bijvoorbeeld van grafieken.
• Presentatie en beantwoording van vragen over de wiskundige aspecten van een keuze-onderwerp.

De examens worden volgens de richtlijnen van het ministerie van OCW afgenomen. De meest recente informatie is te vinden op de site van DUO.

Wil je examen doen, dan moet je je uiterlijk 31 december definitief hebben aangemeld bij de Examendiensten in Groningen. Aanmelden kan alleen digitaal via www.duo.nl.

Alle VMBO-, HAVO- en VWO-programma’s en -vakken van de LOI bereiden voor op de officiële staatsexamens. Je behaalt dan ook een landelijk erkend diploma. Het lesmateriaal wordt ieder jaar herzien zodat het perfect aansluit op de meest recente exameneisen.

Je bepaalt zelf hoeveel uur je per week aan de opleiding besteedt. Als gemiddelde kun je uitgaan van ongeveer 8 uur studie per week. Afhankelijk van de beschikbare tijd en je ervaring kan dit meer of minder zijn. Is het druk op het werk of in je privésituatie, of heb je tijdelijk juist meer tijd te besteden? Geen probleem! De studie past zich aan jou aan.

Wil of kun je de opleiding niet afronden binnen de aanbevolen studieduur? Geen probleem! Je mag altijd langer over de opleiding doen, tot maximaal tweemaal de vermelde studieduur (met een minimum van 12 maanden). Je behoudt recht op persoonlijke begeleiding door deskundige docenten en toegang tot alle online studiefaciliteiten. Hiervoor worden geen extra kosten berekend. Een belangrijk verschil met andere opleiders!

Door het flexibele karakter van de thuisstudies, kunnen deze tot wel 2x zo snel afgerond worden. Wil je vaart maken en heb je meer tijd per week beschikbaar? De opleiding past zich aan jou aan in plaats van andersom. De lesstof, de docent, de leeromgeving, alles is beschikbaar om versneld je einddoel te halen. Het omgekeerde geldt trouwens ook. Heb je (tijdelijk) minder tijd beschikbaar, dan mag je langer over je studie doen.

Steeds meer werkgevers bieden hun medewerkers een persoonlijk opleidingsbudget waarmee zij zich kunnen ontwikkelen in hun carrière. Of dat voor jouw werkgever ook geldt, kun je navragen bij je leidinggevende, nakijken in de arbeidsvoorwaarden of vragen bij de afdeling HR. Door gebruik te maken van het opleidingsbudget, kun je je opleiding vaak geheel of gedeeltelijk vergoed krijgen.

Vaak zijn werkgevers bereid de kosten voor een opleiding op zich te nemen. Een opleiding leidt immers tot meer kennis en beter functioneren op de werkvloer. Bovendien geldt er een zeer aantrekkelijke fiscale regeling. Scholingskosten zijn (onder bepaalde voorwaarden) voor de werkgever volledig fiscaal aftrekbaar. Daarnaast zijn werkgevers verplicht om door de wet of CAO verplichte opleidingen te vergoeden. Denk aan opleidingen op het gebied van veiligheid en arbeidsvoorwaarden, of het bijhouden van vakbekwaamheid. Betaalt de werkgever? Geef dit dan aan op het inschrijfformulier.