Omgaan met adolescentenOmgaan met adolescenten
In deze module doe je kennis op van de specifieke aandachtspunten die er zijn bij het omgaan met adolescenten. Onderwerpen zijn o.a.: invloed van opvoeding, aandachtspunten en kenmerken, omgaan met leerlingen in klasverband, ontwikkelingspsychologie en ontwikkeling van het brein.
|
5 |
|
Leerlingenzorg ILeerlingenzorg I
In de klas zal je in aanraking komen met leerlingen die leer-, ontwikkelings- en/of gedragsproblemen vertonen. Je zal hier bij het lesgeven rekening mee moeten houden. In deze module wordt ingegaan op de kenmerken van veel voorkomen leer- en gedragsproblemen en hoe hiermee om te gaan. Ook wordt ingegaan op de gevolgen van passend onderwijs hierbij.
|
5 |
|
Cultuur en religieCultuur en religie
Tijdens de beroepspraktijk krijg je te maken met leerlingen uit verschillende culturen. Je krijgt in deze module kennis aangereikt over de verschillende culturen, waarbij wordt uitgegaan van de binnen Nederland meest voorkomende culturen. Daarbij wordt ook ingegaan op interculturele communicatie en het omgaan met culturele verschillen.
|
5 |
|
Onderwijskunde IIOnderwijskunde II
Deze module gaat verder waar de module Onderwijskunde 1 stopte. Deze module was met name gericht op het leren en onderwijs in de klas. Nu wordt de school als uitgangspunt genomen. Met als algemene vraag: hoe kan de school de kwaliteit van het leren versterken, en welke rol speelt de docent daarbij? Daarom start de module met meer theorie en verdieping t.a.v. leren in schoolverband en wordt later ingezoomd op het borgen en vergroten van de kwaliteit van onderwijs. De rol van de docent loopt als een rode draad door de module heen.
|
5 |
|
Didactiek en toetsontwikkelingDidactiek en toetsontwikkeling
Het doel van de module is om een verdieping te geven in kennis over didactiek, leerstijlen en leren. De module sluit daarmee aan op de module Vakdidactiek uit de propedeuse. Ook wordt je ingeleid in het vakgebied van toetsontwikkeling. Algemene didactiek wordt dus direct gecombineerd met het stellen van lesdoelen én de toetsing ervan.
|
5 |
|
Taalbeheersing IITaalbeheersing II
De leraar moet zelf voldoende kennis hebben van het schoolvak dat hij onderwijst. In deze module wordt verder gewerkt aan de beheersing van het onderdeel taalbeheersing.
|
10 |
|
Vakdidactiek taalbeheersingVakdidactiek taalbeheersing
Naast voldoende inhoudelijke kennis van het schoolvak dat je onderwijst, moet je ook weten hoe je dit schoolvak moet onderwijzen. In deze module wordt verder ingegaan op de vakdidactiek die nodig is om het onderdeel taalbeheersing goed te kunnen onderwijzen.
|
5 |
|
Vakdidactiek taalbeheersing NederlandsVakdidactiek taalbeheersing Nederlands
Je moet niet alleen voldoende inhoudelijke kennis hebben van het schoolvak dat je onderwijst, je moet ook weten hoe je dit schoolvak moet onderwijzen. In deze module wordt verder ingegaan op de vakdidactiek die nodig is om het onderdeel taalbeheersing goed te kunnen onderwijzen.
|
5 |
|
Taalkunde IITaalkunde II
De leraar moet zelf voldoende kennis hebben van het schoolvak dat hij onderwijst. In deze module wordt verder gewerkt aan de beheersing van het onderdeel taalkunde.
|
15 |
|
Vakdidactiek in taalkundeVakdidactiek in taalkunde
Naast voldoende inhoudelijke kennis van het schoolvak dat je onderwijst, moet je ook weten hoe je dit schoolvak moet onderwijzen. In deze module wordt verder ingegaan op de vakdidactiek die nodig is om het onderdeel taalkunde goed te kunnen onderwijzen.
|
10
|
|
Praktijk II - LVOPraktijk II - LVO
In de tweede praktijkmodule vorm je een visie op jouw rol als leraar. Wat voor leraar wil je worden? Hoe zou je jezelf typeren als leraar? Dit doe je door veel verschillende facetten van het onderwijs mee te maken. Van het maken en geven van lessen tot het bieden van ondersteuning aan leerlingen die achterblijven of het voeren of bijwonen van gesprekken met ouders.
|
20 |
|
LiteratuurgeschiedenisLiteratuurgeschiedenis
Je hebt een grondige kennis nodig van de literatuurgeschiedenis. In deze module wordt deze kennis verworven.
|
5 |
|
Literatuur en fictie IILiteratuur en fictie II
De leraar moet zelf voldoende kennis hebben van het schoolvak dat hij onderwijst. In deze module wordt verder gewerkt aan de beheersing van het onderdeel literature and fiction (literatuur en fictie).
|
15
|
|
Vakdidactiek literatuuronderwijsVakdidactiek literatuuronderwijs
Je moet niet alleen voldoende inhoudelijke kennis hebben van het schoolvak dat je onderwijst, je moet ook weten hoe je dit schoolvak moet onderwijzen. In deze module wordt verder ingegaan op de vakdidactiek die nodig is om het onderdeel literatuur en fictie goed te kunnen onderwijzen.
|
5 |
|
Uitstroomvariant (V)MBO
|
|
|
Leerlingenzorg IILeerlingenzorg II
Deze module bouwt verder op de kennis die je eerder in de opleiding hebt opgedaan en gaat dieper in op specifieke leerproblemen waar je in de beroepspraktijk mee te maken kunt krijgen. Ook is er aandacht voor enkele aanvullende voorkomende problemen: linkshandigheid, computerverslaving, schoolweigering, stotteren en stemstoornissen. In de afsluitende opdracht houd je rekening met de gekozen uitstroomvariant.
|
5 |
|
Onderwijskunde III (v)mboOnderwijskunde III (v)mbo
In deze module wordt gekeken naar de wijze waarop een school een leerplan ontwikkelt en naar de wijze waarop de docent hier invulling aan geeft in de klas. Ook wordt dieper ingegaan op de inzet van digitale media in het onderwijs. Wat is de meerwaarde hiervan? En hoe kun je dit concreet inrichten? In deze module wordt specifiek gekeken naar de situatie in het (V)MBO.
|
5 |
|
Pedagogiek II Pedagogiek II
De module Pedagogiek II gaat dieper in op klassenmanagement en groepsdynamica in meer complexe situaties. Hoe begeleid je bijvoorbeeld een klas waarin leerlingen uit diverse culturen zitten? Hoe begeleid je binnenschoolse praktijksimulaties, buitenschoolse opdrachten of werkplekleren? Deze en andere vragen komen aan bod in deze module.
|
5 |
|
Taal in het beroepsonderwijs (v)mboTaal in het beroepsonderwijs (v)mbo
Deze module leert je een onderwijsprogramma analyseren, ontwikkelen en uitvoeren gericht op taalonderwijs binnen het beroepsonderwijs, afgestemd op de diverse sectoren: Zorg, Economie, Techniek en Landbouw. Daarbij werk je samen met collega’s binnen en buiten de sector om het taalonderwijs af te stemmen op de behoeften van de sectoren en te laten passen bij de eisen vanuit de referentieniveaus.
|
5 |
|
Internationalisering - Een praktijkonderzoekInternationalisering - Een praktijkonderzoek
Met het doorlopen van deze module ontwikkel je kennis van onderwijspraktijken buiten Nederland. Je past deze kennis toe om je eigen deskundigheid te vergroten en jouw onderwijs te verbeteren. Je ontwikkelt een visie op wereldburgerschap vanuit leraar –en leerling perspectief.
|
5 |
|
Professionalisering van de leraar Professionalisering van de leraar
Na afronding van de lerarenopleiding moet je voorbereid zijn op alle aspecten van het lerarenberoep. Daarom besteedt deze module aandacht aan de financiële, juridische en ethische aspecten van het leraarschap. Waar moet je bijvoorbeeld op letten bij het aangaan van een functie? Welke salarisschaal past bij je functie? Welke rechten heb je als invaller? Ook ethische aspecten komen aan bod. Hoe ga je bijvoorbeeld om met alle digitale communicatievormen zonder ethische grenzen te overschrijden? Daarnaast leer je in deze module hoe je als leraar jezelf kunt blijven ontwikkelen. Tot slot is er aandacht voor professionele communicatie met ouders.
|
5 |
|
KeuzeruimteKeuzeruimte
In de keuzeruimte kun je een module kiezen om een eigen invulling te geven aan een deel van je opleiding. Je kiest hierbij een module uit een andere bacheloropleiding. Bijvoorbeeld een module over onderwijspsychologie, Engelse taal voor het beroepsonderwijs of interculturele hulpverlening.
|
5 |
|
Praktijk III - Lio LVO Praktijk III - Lio LVO
Tijdens de LIO-stage is er aandacht voor zowel praktijkintegratie, keuze/specialisatie en praktijkonderzoek. Tijdens de stage leer je werken in de praktijk, voer je praktijkopdrachten uit en ontwikkel je belangrijke vaardigheden.
|
20 |
|
AfstudeeropdrachtAfstudeeropdracht
De afstudeeropdracht is een praktijkonderzoek. Je gaat hierbij de geleerde theoretische kennis in de praktijk brengen. Met de opdracht toon je aan dat je in staat bent onderzoek te doen naar een voor een les(opzet) / opdracht relevant thema of onderwerp. ook pas je de verkregen kennis en inzicht op de juiste wijze toe tijdens uitvoering van de les / opdracht. Ook ben je in staat een les / opdracht accuraat voor te bereiden met gebruik van geschikte hulpmiddelen.
|
10 |
|
Uitstroomvariant AVO
|
|
|
Leerlingenzorg IILeerlingenzorg II
Deze module bouwt verder op de kennis die je eerder in de opleiding hebt opgedaan en gaat dieper in op specifieke leerproblemen waar je in de beroepspraktijk mee te maken kunt krijgen. Ook is er aandacht voor enkele aanvullende voorkomende problemen: linkshandigheid, computerverslaving, schoolweigering, stotteren en stemstoornissen. In de afsluitende opdracht houd je rekening met de gekozen uitstroomvariant.
|
5 |
|
Onderwijskunde III Avo Onderwijskunde III Avo
In deze module wordt gekeken naar de wijze waarop een school een leerplan ontwikkelt en naar de wijze waarop de docent hier invulling aan geeft in de klas. Ook wordt dieper ingegaan op de inzet van digitale media in het onderwijs. Wat is de meerwaarde hiervan? En hoe kun je dit concreet inrichten? In deze module wordt specifiek gekeken naar de situatie in het HAVO/VWO.
|
5 |
|
Pedagogiek II Pedagogiek II
De module Pedagogiek II gaat dieper in op klassenmanagement en groepsdynamica in meer complexe situaties. Hoe begeleid je bijvoorbeeld een klas waarin leerlingen uit diverse culturen zitten?
|
5 |
|
Talenten en excelleren Avo Talenten en excelleren Avo
Het is belangrijk dat talenten vroeg worden ontdekt en op een goede manier worden begeleid. Daarom besteedt deze module aandacht aan talent, excellentie en (hoog)begaafdheid. Hoe herken je talent en hoe begeleid je deze leerlingen? Hoe ga je om met onderpresteren bij (hoog)begaafde leerlingen? Hoe biedt je verrijking aan deze leerlingen? Deze en andere vragen komen aan bod.
|
5 |
|
InternationaliseringInternationalisering
Met het doorlopen van deze module ontwikkel je kennis van onderwijspraktijken buiten Nederland. Je past deze kennis toe om je eigen deskundigheid te vergroten en jouw onderwijs te verbeteren. Je ontwikkelt een visie op wereldburgerschap vanuit leraar –en leerling perspectief.
|
5 |
|
Professionalisering van de leraarProfessionalisering van de leraar
Na afronding van de lerarenopleiding moet je voorbereid zijn op alle aspecten van het lerarenberoep. Daarom besteedt deze module aandacht aan de financiële, juridische en ethische aspecten van het leraarschap. Waar moet je bijvoorbeeld op letten bij het aangaan van een functie? Welke salarisschaal past bij je functie? Welke rechten heb je als invaller? Ook ethische aspecten komen aan bod. Hoe ga je bijvoorbeeld om met alle digitale communicatievormen zonder ethische grenzen te overschrijden? Daarnaast leer je in deze module hoe je als leraar jezelf kunt blijven ontwikkelen. Tot slot is er aandacht voor professionele communicatie met ouders.
|
5 |
|
KeuzeruimteKeuzeruimte
In de keuzeruimte kun je een module kiezen om een eigen invulling te geven aan een deel van je opleiding. Je kiest hierbij een module uit een andere bacheloropleiding. Bijvoorbeeld een module over onderwijspsychologie, Engelse taal voor het beroepsonderwijs of interculturele hulpverlening.
|
5 |
|
Praktijk III - Lio LVO Praktijk III - Lio LVO
Tijdens de LIO-stage is er aandacht voor zowel praktijkintegratie, keuze/specialisatie en praktijkonderzoek. Tijdens de stage leer je werken in de praktijk, voer je praktijkopdrachten uit en ontwikkel je belangrijke vaardigheden.
|
20 |
|
AfstudeeropdrachtAfstudeeropdracht
De afstudeeropdracht is een praktijkonderzoek. Je gaat hierbij de geleerde theoretische kennis in de praktijk brengen. Met de opdracht toon je aan dat je in staat bent onderzoek te doen naar een voor een les(opzet) / opdracht relevant thema of onderwerp. ook pas je de verkregen kennis en inzicht op de juiste wijze toe tijdens uitvoering van de les / opdracht. Ook ben je in staat een les / opdracht accuraat voor te bereiden met gebruik van geschikte hulpmiddelen.
|
10 |
|
Totaal hoofdfase |
180 |
|
Totaal opleiding HBO-bachelor Lerarenopleiding Talen - specialisatie Nederlands |
240 |